Een schuld van een verbonden vennootschap kwijtschelden kan zinvol zijn, bv. om een faillissement af te wenden. De Rulingcommissie besliste echter onlangs dat zo’n kwijtschelding aanleiding gaf tot een ‘abnormaal of goedgunstig voordeel’.
Is een intragroepsschuld kwijtschelden vandaag dan fiscaal gezien niet meer verdedigbaar? Wat zijn de fiscale gevolgen van die kwijtschelding, voor de schuldeiser en voor de schuldenaar? Wat als er toch sprake is van een abnormaal of goedgunstig voordeel?
Wat is nu eigenlijk het standpunt van de Rulingcommissie? Maakt het daarbij een verschil of de kwijtschelding voorwaardelijk of onvoorwaardelijk is? Wat is het gevolg van een ‘voorwaardelijke’ kwijtschelding en hoe pakt u dat concreet het best aan?
Toegang tot dit deel van
'Tips & Advies Ondernemingsdatabank' is voorbehouden voor abonnees.
Heeft u nog geen abonnement?
Abonneer u nu voor onmiddellijke toegang tot alle adviezen.
Contactgegevens
Larcier-Intersentia | Tiensesteenweg 306 | 3000 Leuven
Tel.: 0800 39 067 | Fax: 0800 39 068
contact@larcier-intersentia.com | www.larcier-intersentia.com
Maatschappelijke zetel
Lefebvre Sarrut Belgium nv |
Hoogstraat 139 - Bus 6 | 1000 Brussel
RPR Brussel | Btw BE 0436.181.878